Wanneer mag mijn medewerker zijn verplichtingen opschorten?

“Als je me nu niet alsnog mijn loon betaalt, dan houd ik de bedrijfsauto thuis in de garage” en/of “ik kom pas weer werken als je mij gewoon mijn loon betaalt.”  Twee willekeurige voorbeelden van opschorting/retentie door werknemers. Maar kan en mag dat zomaar? In onderstaand artikel worden deze en dergelijke vragen beantwoord.

Wanneer mag mijn medewerker zijn verplichtingen opschorten?

Blog van AVN

21 jun 2019

Opschortings- en retentierecht

Het opschortingsrecht is kort gezegd de bevoegdheid van een schuldeiser om de nakoming van een verplichting op te schorten, totdat zijn vordering wordt voldaan. Het retentierecht lijkt daar sterk op, maar is apart in de wet geregeld met aanvullende voorwaarden, met name omdat dat een verhaalsrecht met voorrang is en dat is weer vooral van belang in geval van faillissement. 

Belangrijke voorwaarden

Kan een werknemer hier ten opzichte van zijn werkgever ook een beroep op doen? Allereerst is vereist dat de werknemer een opeisbare vordering heeft op zijn werkgever. Een werkgever die het loon niet op tijd betaalt, is daar een goed voorbeeld van. Daarnaast moet er voldoende samenhang zijn tussen de wederzijdse verplichtingen om de opschorting te rechtvaardigen.  

Opschorten arbeidsprestatie

Hoewel de arbeidsovereenkomst een bijzondere duurovereenkomst is, is er geen reden aan te nemen dat een werknemer zijn prestatie in bepaalde gevallen niet zou kunnen of mogen opschorten. Vanwege de bijzondere verhouding zijn er wel beperkingen. Het mag mits ernstig genoeg om opschorting te rechtvaardigen. Het bevoegd gebruikmaken levert in dat geval geen (dringende) reden voor ontslag op. Er wordt in de praktijk echter niet vaak gebruik van het opschorten van de arbeidsprestatie gemaakt omdat het de verhoudingen tussen partijen uiteraard direct op scherp zet. De werknemer heeft bovendien soms de mogelijkheid een beroep te doen op art. 7:628 (niet werken komt voor risico werkgever) of 7:629 BW (recht op loon bij ziekte), zodat er ook om die reden niet vaak een beroep op het opschortingsrecht wordt gedaan.

Auto van de zaak

In de praktijk doet zich ook weleens de situatie voor dat een werknemer die een leaseauto of bedrijfswagen ter beschikking heeft gekregen, maar deze niet wil teruggeven omdat hij nog een vordering heeft op zijn werkgever. Indien sprake is van operational lease en de leasemaatschappij is dus eigenaar van de auto, dan kleven daar de nodige haken en ogen aan en al helemaal in geval van faillissement. Het is ten eerste namelijk de vraag of een dergelijke situatie überhaupt wel onder retentierecht valt, maar los daarvan leidt het tot de onwenselijke situatie dat loonvorderingen van werknemers op werkgevers voor risico van een leasemaatschappij komen. Is de auto daarentegen eigendom van de werkgever dan is een beroep op retentierecht wel degelijk mogelijk.

In of buiten faillissement

Het retentierecht is zoals vermeld een zogenoemd voorrangsrecht (net zoals de beter bekende pand- en hypotheekrecht) en kan zelfs worden ingeroepen tegen medeschuldeisers van de werkgever. Het retentierecht is dan ook een sterk pressiemiddel. In geval van faillissement van de werkgever doet zich wel een probleem voor. De curator is namelijk bevoegd de zaak op te eisen en te verkopen. De werknemer die een bedrijfseigendom onder zich houdt, kan de curator wel een redelijke termijn stellen om het goed op te eisen. Doet de curator dat niet binnen de termijn, dan mag de werknemer het goed alsnog verkopen.

Conclusie

Hoewel niet valt uit te sluiten dat werknemers hun arbeidsprestatie kunnen opschorten indien de werkgever bijvoorbeeld niet tijdig betaalt, is terughoudendheid wel geboden. Iets meer voor de hand ligt het terughouden van de bedrijfswagen, indien deze tenminste eigendom is van de werkgever. Indien u als werkgever meent dat een werknemer ten onrechte zijn prestatie opschort of uw eigendom onder zicht houdt, neem dan gerust vrijblijvend contact met ons op, voordat u zelf actie onderneemt.

Blog van AVN

21 jun 2019

© 2024 Advocaten van Nu